Levenlesje #11 – Nadenken over je denken
Oke, deze vind ik eerlijk gezegd best vaak nog lastig. Ken je het? Een vriendin van je reageert een beetje kortaf op een w’appje. Of ze reageert helemaal niet. Waarna jouw gedachten vervolgens met je aan de haal gaan. Vind ze je stom? Heb je iets verkeerd gezegd?
Ik noem dit wel een levenslesje maar eerlijk gezegd is dit iets wat ik nog steeds moet leren. Het heeft eigenlijk met een diepere vraag te maken: hoe belangrijk vind jij het wat anderen over je denken? Want als je gevoelig bent hiervoor, als je graag door iedereen aardig gevonden wil worden en het nodig hebt om van anderen te horen hoe leuk je bent, dan zul je onzekerder zijn over zijn w’appje. En geloof me, iedereen, vooral vrouwen en meiden, heeft hier last van.
Omdat ik ook nog niet uitgeleerd ben, een paar tips:
– Op Huis van Belle hebben al een paar artikelen gestaan over hoe je naar jezelf kijkt. Lees deze eens, of deze. Het begint bij de basis: geloven dat God jou gemaakt heeft, dat het alleen maar belangrijk is wat Hij van je denkt. Maar misschien ook: stoppen met op jezelf te focussen. We zijn soms zoveel met onszelf bezig. Focus je op Hem, of op anderen. Niet zo op jezelf.
– Er is een therapie die heel erg ingaat op je gedachtepatronen: Rationeel Emotieve Therapie. Dat klinkt een beetje ingewikkeld maar er is een wat simpeler boekje over geschreven: Niets moet, alles mag heet het, van Kees Roest. Daarin staat ook hoe je je op hol slaande gedachten, bijvoorbeeld na zo’n w’appje kunt beheersen. Nadenken over je denken eigenlijk. Hij vindt het vast niet erg dat ik het hier voor jullie opschrijf :) Het is het ABCDE-schema:
A: Activerende gebeurtenis (vergeet de termen) – wat is er gebeurd?
B: Bril (interpretatie) – wat dacht ik over A, dus over wat er is gebeurd?
C: Consequentie – Wat voelde ik en wat deed ik?
D: Discussie – Welke gezonde gedachten kan ik voor B in de plaats stellen?
E: Effect – Emotie, wat wil ik voelen? En Gedrag, wat wil ik doen?
Oke, dit is een beetje technisch misschien en je moet het gewoon maar eens oefenen. Maar neem nu bovenstaand voorbeeld en we vullen dat in het schema in:
A: Ik stuurde een enthousiast w’appje over een leuke jongen die ik had gespot. Vriendin reageert niet.
B: Ze is jaloers dat ik een leuke jongen heb gespot. Ze vindt me een opschepper die denkt dat ze altijd sjans heeft. Ze vindt me teveel aandacht vragen. Ik voel me afgewezen als vriendin.
C: Ik voelde me dom en had spijt dat ik gew’appt had.
D: Misschien zit ze wel te eten met haar ouders en mag ze haar telefoon niet aan tafel. Of haar batterij is op.
E: Ik wil me niet afgewezen voelen en al helemaal niet een aandachtvrager. Dat ben ik ook niet, ik ben gewoon enthousiast!
Snap je t? Probeer t maar eens voor jezelf. Hopelijk ga je dan wat positiever denken over jezelf en gaan je gedachten niet met je op hol. Ik hoop dat jullie er wat aan hebben. Ga ik ook weer even verder met oefenen :)
Foto: Henrike
